ZWARE OVERTREDINGEN---zullen worden aangepast- zie link naar www.uitweg.be   dd 06032006

[../../../topborder3.htm]
    Start -> Wetteksten -> Wegcode -> Zware overtredingen

Koninklijk besluit van 22 december 2003 tot aanwijzing van de zware overtredingen per graad van de algemene reglementen genomen in uitvoering van de wet betreffende de politie over het wegverkeer.
(B.S. 31.12.2003)

 

Toepassing  Menu  Zware overtredingen 2e graad

Artikel 2

De hierna aangewezen overtredingen worden beschouwd als zware overtredingen van de eerste graad in de zin van artikel 29, § 1, derde lid van de wet betreffende de politie over het wegverkeer, gecoördineerd op 16 maart 1968 en gewijzigd bij de wetten van 9 juni 1975 en 7 februari 2003 :

Bestraffingmogelijkheden:
-Onmiddellijke inning: 150 euro
-Minnelijke schikking : 160 euro
-Geldboete rechtbank: 275 tot 1375 euro
-Verval van het recht tot sturen facultatief
1. Van het koninklijk besluit van 1 december 1975 houdende algemeen reglement op de politie van het wegverkeer en van het gebruik van de openbare weg.
De maximum toegestane snelheid met meer dan 10 tot minder dan 20 km per uur overschreden hebben, behalve in zones 30, woonerven en schoolomgevingen. Art. 5 (verkeersborden C43, F1, F1a, F1b, F87, F91)
Art. 11, 65.3 en 65.4

C43 F1 F1a
F1b  F87 F91
Geen controle hebben over zijn voertuig of niet in staat zijn alle nodige rijbewegingen uit te voeren. Art. 7.3, 8.3 en 8.5
Met een onaangepaste snelheid rijden, de veiligheidsafstanden niet in acht hebben genomen, de normale beweging van de andere gebruikers gehinderd hebben door met een abnormaal lage snelheid te rijden of onnodig plots te remmen, aangespoord hebben tot overdreven snel rijden, niet vertraagd of gestopt hebben bij het naderen van dieren die zich op de openbare weg bevinden. Art. 10
Ingehaald hebben op een overweg, gesignaleerd door het verkeersbord A45 of A47. Art. 17.2.1°
Gereden hebben op een weg voorbehouden voor voetgangers, fietsers en ruiters met een voertuig dat aldaar geen toegang heeft. Art. 22quinquies 1, art. 5 en verkeersborden F99a en b
F99a F99b
Gereden of geparkeerd hebben in een voetgangerszone zonder daartoe gemachtigd te zijn. Art. 22sexies 1 en 22sexies 2, laatste zin en 5 en verkeersbord F103
F103
Een voertuig laten stilstaan of parkeren : Art. 24.1° tot 6°
- op de trottoirs en, binnen de bebouwde kommen, op de verhoogde bermen, behoudens plaatselijke reglementering alsook op de fietspaden, wanneer dit stilstaan of dit parkeren de gebruikers van die trottoirs, verhoogde bermen of fietspaden verplicht de rijbaan te gebruiken ;
- Geschrapt
- op de overwegen;
- op de oversteekplaatsen voor voetgangers, op de oversteekplaatsen voor fietsers en bestuurders van tweewielige bromfietsen en op de rijbaan op minder dan 3 meter vóór deze oversteekplaatsen;
- op de rijbaan in de onderbruggingen, in de tunnels en behoudens plaatselijke reglementering, onder de bruggen;
- op de rijbaan, nabij de top van een helling en in een bocht wanneer het zicht onvoldoende is.
Een voertuig geparkeerd hebben : Art. 25.1.2°, 4°, 6°, 7°, 14°, art.5 en 77.3
- op een autobus- of tramhalte;
- op plaatsen waar de voetgangers, de fietsers en de bestuurders van tweewielige bromfietsen op de rijbaan moeten komen om omheen een hindernis te gaan of te rijden;
- op de plaatsen waar de doorgang van spoorvoertuigen belemmerd zou worden;
- wanneer de vrije doorgang op de rijbaan minder dan 3 meter breed zou worden.
- op een parkeerplaats voorbehouden voor een persoon met een handicap zonder de speciale kaart op de binnenkant van de voorruit of, als er geen voorruit is, op het voorste gedeelte van het voertuig geplaatst te hebben.
 
 
2. Van het koninklijk besluit van 8 januari 1996 tot regeling van de inschrijving van de commerciële platen voor motorvoertuigen en aanhangwagens.
De bepalingen betreffende de inschrijving « proefritten» niet nageleefd hebben. Art. 5
Het vignet niet aangebracht hebben op de « proefrittenplaat». Art. 7.1.2
Het vignet niet aangebracht hebben op de «handelaarsplaat». Art. 13.1.2
De voorschriften betreffende de « handelaarsplaten» niet nageleefd hebben. Art. 15
 
3. Van het koninklijk besluit van 28 november 1997 houdende de reglementering van de organisatie van sportwedstrijden of sportcompetities voor auto’s die geheel of gedeeltelijk op de openbare weg plaatshebben.
De periodes, dagen en uren niet in acht hebben genomen tijdens dewelke de verkenningen zijn toegestaan of voorgeschreven. Art. 6
De voor het publiek verboden zones niet in acht hebben genomen. Art. 8

Toepassing  Menu  Zware overtredingen 2e graad

[../../../footer.htm]
 
[../../../topborder3.htm]
    Start -> Wetteksten -> Wegcode -> Zware overtredingen

Koninklijk besluit van 22 december 2003 tot aanwijzing van de zware overtredingen per graad van de algemene reglementen genomen in uitvoering van de wet betreffende de politie over het wegverkeer.
(B.S. 31.12.2003)

 

Zware overtredingen 1e graad  Menu  Zware overtredingen 3e graad

Artikel 3

De hierna aangewezen overtredingen worden beschouwd als zware overtredingen van de tweede graad in de zin van artikel 29, § 1, tweede lid van dezelfde wet :

Bestraffingmogelijkheden:
-Onmiddellijke inning: 175 euro
-Minnelijke schikking : 185

-Geldboete rechtbank: 275 tot 2750 euro.
-Verval van het recht tot sturen facultatief.
1. Van het koninklijk besluit van 1 december 1975 houdende algemeen reglement op de politie van het wegverkeer en van het gebruik van de openbare weg.
Overschreden hebben : Art. 2.12, 2.37, 5 (verkeersborden C43, F1, F1a, F1b, F4a, F12a, F87, F91)
C43 F1 F1a
F1b  F4a F12a
F87 F91
Art. 11, 22bis 3°, 22ter 1.1°, 22 quater, 65.3 en 65.4
- met meer dan 10 km per uur en minder dan 20 km per uur, de toegestane snelheid in zones 30, in woonerven en in schoolomgevingen;
- met 20 km per uur en meer en minder dan 40 km per uur, de maximum toegestane snelheid, hetzij die algemeen van aard is, hetzij bepaald door middel van signalisatie of volgens de categorie van het voertuig.
Gebruikmaken van de links gelegen rijbaan op de openbare wegen waarvan de rijbanen duidelijk van elkaar gescheiden zijn en dit gebruik niet toegestaan is. Art. 9.2
Niet in acht hebben genomen : Art 12, 38, 39, 5 en verkeersborden B1 of B5 en 61.1.5°
B1  B5
a) de voorrangsregels,
b) voorrang verlenen aan prioritaire voertuigen,
c) binnen de bebouwde kom, voorrang voor bussen ter hoogte van hun halteplaats,
d) de verkeersborden B1 of B5.
Niet in acht hebben genomen : Art. 15.1, 15.2, 15.3, 5 en verkeersbord B19
B19
a) de regels betreffende het kruisen,
b) het verkeersbord B19.
a) Een bestuurder links ingehaald hebben die te kennen had gegeven dat hij voornemens was links af te slaan of zijn voertuig op te stellen aan de linkerkant van de openbare weg en die zich reeds naar links begeven had om deze beweging uit te voeren. Art. 16.3, al.2/ lid 2
  b) Links ingehaald hebben wanneer de bestuurder de tegemoetkomende weggebruikers niet van ver genoeg kon opmerken. Art 17.1
  c) De verkeersborden C35 en C39 niet in acht genomen hebben. Art. 5 en verkeersborden C35 en C39
C35 C39
  d) Bij het ingehaald worden, de snelheid verhoogd hebben of niet zo rechts mogelijk gereden hebben. Art. 16.7
  e) Een spoorvoertuig links ingehaald of gekruist hebben wanneer dit inhalen of kruisen verboden was. Art. 15.4 en 16.9
De afstand tussen de voertuigen onderling niet in acht hebben genomen. Art. 18.2
Bij een richtingsverandering :
a) het normaal verkeer van de andere bestuurders in gevaar gebracht hebben. Art. 19.2.2°
b) de tegenliggers gehinderd hebben. Art. 19.3.2° a)
c) aan het normaal verkeer van de andere weggebruikers geen voorrang verleend hebben. Art.19.3.3° en 19.4
Een voetganger, een fietser of een bestuurder van een tweewielige bromfiets in gevaar gebracht hebben tijdens het inhalen van een voertuig dat nadert of stopt voor een oversteekplaats voor voetgangers of een oversteekplaats voor fietsers en bestuurders van tweewielige bromfietsen. Art. 17.2.5°
Een voetganger in gevaar gebracht hebben :
a) bij een richtingsverandering, Art 19.5, 22bis2°, 22sexies 2 met uitzondering van de laatste zin, 22septies 2, 40.1 tot 40.4, 61.1.5
b) in woonerven en erven,
c) in voetgangerszones,
d) in speelstraten,
e) gedragsregels inzake veiligheid ten aanzien van voetgangers,
f) de verkeerslichten voor voetgangers niet in acht nemen.
g) Zijn snelheid niet gematigd hebben bij het rijden langs een voertuig bestemd voor het gemeenschappelijk vervoer dat stilstaat om de reizigers te laten in- of uitstappen, of de reizigers gehinderd hebben bij het in- of uitstappen. Art 40.3.1, 40.3.2
10° Zich op een overweg begeven hebben wanneer dit verboden was. Art. 20.3
11° Op een weg voorbehouden voor voetgangers, fietsers en ruiters elkaar gehinderd of elkaar in gevaar gebracht hebben. Art. 22 quinquies 2
12° Gereden hebben met een motorvoertuig, een sleep, zonder verlichting vooraan of achteraan, wanneer het gebruik van de lichten verplicht was. Art. 30.1, 30.4
13° Zijn snelheid niet verminderd hebben of, zo nodig niet gestopt hebben, wanneer de bestuurder van een voertuig voor schoolvervoer, door het gebruik van alle richtingaanwijzers, aangeeft dat de kinderen gaan opstappen of uitstappen. Art. 39bis 2
14° Een fietser of een bestuurder van een bromfiets in gevaar gebracht hebben Art. 40ter
15° Een militaire kolonne, een groep scholieren, een stoet, een wielerwedstrijd of elke andere beoogde groep doorbroken hebben. Art. 40bis 1.2, 41.1, 41.2 en 41.3.1
16° De algemene voorschriften betreffende de lading niet in acht hebben genomen. Art. 45
17° De verkeersborden C24a, b en c niet in acht hebben genomen. Art. 48bis en verkeersborden C24a, b en c
C24a C24b C24c
18° Een rood of een vast oranjegeel licht niet in acht hebben genomen. Art. 61.1 en 63.2
19° Een witte of oranje doorlopende streep tussen de rijstroken overschreden hebben. Art. 72.2 en 73.2
 
2. Van het koninklijk besluit van 20 juli 2001 betreffende de inschrijving van voertuigen.
een voertuig in het verkeer gebracht hebben dat niet ingeschreven is en niet de kentekenplaat draagt die bij de inschrijving werd toegekend. Art. 2 § 1 (er)
a) een niet in het repertorium van de voertuigen ingeschreven voertuig in het verkeer in België gebracht hebben als dit voertuig reeds in het buitenland is ingeschreven; Art. 3 § 1 (er)
b) een voertuig gebruikt hebben voor de uitoefening van zijn beroep en dat in het buitenland is ingeschreven op naam van een buitenlandse werkgever, zonder te beschikken over het attest dat afgegeven is door de Belgische administratie van de BTW. Art. 3 § 2.2
Handelingen uitgevoerd hebben op de kentekenplaten of ze overdekt hebben. Art. 31
 
3. Van het koninklijk besluit van 8 januari 1996 tot regeling van de inschrijving van de commerciële platen voor motorvoertuigen en aanhangwagens.
De leesbaarheid van de kentekenplaat geschaad hebben. Art. 27
 
4. Van het koninklijk besluit van 28 november 1997 houdende de reglementering van de organisatie van sportwedstrijden of sportcompetities voor auto’s die geheel of gedeeltelijk op de openbare weg plaatshebben.
De bepalingen in verband met de klassementsproeven niet nageleefd hebben. Art. 7

Zware overtredingen 1e graad  Menu  Zware overtredingen 3e graad

[../../../footer.htm]
 
[../../../topborder3.htm]
    Start -> Wetteksten -> Wegcode -> Zware overtredingen

Koninklijk besluit van 22 december 2003 tot aanwijzing van de zware overtredingen per graad van de algemene reglementen genomen in uitvoering van de wet betreffende de politie over het wegverkeer.
(B.S. 31.12.2003)

 

Zware overtredingen 2e graad  Menu  Opheffing en inwerkingtreding

Artikel 4

De hierna aangewezen overtredingen worden beschouwd als zware overtredingen van de derde graad in de zin van artikel 29, § 1, tweede lid van dezelfde wet :

Bestraffingmogelijkheden:
-Onmiddellijke inning: niet mogelijk voor Belgen (300 euro voor buitenlanders)
-Geldboete rechtbank: 550 euro tot 2750 euro
-Verval van het recht tot sturen verplicht (8 dagen tot 5 jaar)
1. Van het koninklijk besluit van 1 december 1975 houdende algemeen reglement op de politie van het wegverkeer en van het gebruik van de openbare weg.
Overschreden hebben : Art. 2.12, 2.37, 5 (verkeersborden C43, F1, F1a, F1b, F4a, F12a, F87, F91)
C43 F1 F1a
F1b F4a F12a
F87 F91
Art. 11, 22bis 3°, 22ter 1.1°, 22 quater, 65.3 en 65.4
- met 20 km per uur en meer, de maximum toegestane snelheid in zones 30, woonerven en schoolomgevingen;
- met 40 km per uur en meer, de maximum toegestane snelheid, hetzij die algemeen van aard is, hetzij bepaald door middel van signalisatie of volgens de categorie van het voertuig.
Geen gevolg gegeven hebben aan de bevelen van een bevoegd persoon. Art 4.1, 4.2, 4.4
Rechts ingehaald hebben wanneer dit verboden is. Art 16.3 ,al. 1er/ lid 1
a) Links ingehaald hebben bij het naderen van de top van een helling of in een bocht, wanneer het inhalen daar verboden was. Art 17.2.3°
b) Een bestuurder links ingehaald hebben die zelf een ander voertuig dan een fiets, een tweewielige bromfiets of een motorfiets inhaalde, wanneer dit inhalen verboden was. Art 17.2.4°
Op een autosnelweg of een autoweg een dwarsverbinding gebruikt hebben, gekeerd zijn, achteruit of in de tegenovergestelde rijrichting gereden hebben. Art 21.4, 22.2
Deelnemen aan snelheids- of sportwedstrijden op de openbare weg zonder speciale vergunning van de wettelijk gemachtigde overheid. Art 50
 
2. Van het koninklijk besluit van 28 november 1997 houdende de reglementering van de organisatie van sportwedstrijden of sportcompetities voor auto’s die geheel of gedeeltelijk op de openbare weg plaatshebben.
Niet naleving van regels betreffende de afgifte van de vergunning die het verloop van sportcompetities voorafgaat voor auto’s die geheel of gedeeltelijk op de openbare weg plaatshebben. Art. 3

Zware overtredingen 2e graad  Menu  Opheffing en inwerkingtreding

[../../../footer.htm]
 
[../../../topborder3.htm]
    Start -> Wetteksten -> Wegcode -> Zware overtredingen

Koninklijk besluit van 22 december 2003 tot aanwijzing van de zware overtredingen per graad van de algemene reglementen genomen in uitvoering van de wet betreffende de politie over het wegverkeer.
(B.S. 31.12.2003)

 

Zware overtredingen 3e graad  Menu

Artikel 5

Het koninklijk besluit van 7 april 1976 tot aanwijzing van de zware overtredingen van het algemeen reglement op de politie van het wegverkeer, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 25 november 1980, 8 april 1981, 7 mei 1999 en 18 december 2002, wordt opgeheven.

Artikel 6

Treden in werking op 1 maart 2004 :

het artikel 6 van de wet van 7 februari 2003 houdende verschillende bepalingen inzake verkeersveiligheid;

dit besluit.

Artikel 7

Onze Minister van Mobiliteit, Onze Minister van Justitie en Onze Minister van Binnenlandse Zaken zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.

Zware overtredingen 3e graad  Menu

[../../../footer.htm]
 
[../../../topborder3.htm]
    Start -> Wetteksten -> Wegcode -> Zware overtredingen

Koninklijk besluit van 22 december 2003 tot aanwijzing van de zware overtredingen per graad van de algemene reglementen genomen in uitvoering van de wet betreffende de politie over het wegverkeer.
(B.S. 31.12.2003)

 

Zware overtredingen 3e graad  Menu

Artikel 5

Het koninklijk besluit van 7 april 1976 tot aanwijzing van de zware overtredingen van het algemeen reglement op de politie van het wegverkeer, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 25 november 1980, 8 april 1981, 7 mei 1999 en 18 december 2002, wordt opgeheven.

Artikel 6

Treden in werking op 1 maart 2004 :

het artikel 6 van de wet van 7 februari 2003 houdende verschillende bepalingen inzake verkeersveiligheid;

dit besluit.

Artikel 7

Onze Minister van Mobiliteit, Onze Minister van Justitie en Onze Minister van Binnenlandse Zaken zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.

Zware overtredingen 3e graad  Menu

[../../../footer.htm]